In het eerste deel van deze stevige stadswandeling in mooi Maastricht liepen we van het station tot aan de Helpoort. We ontdekten al heel wat van de geschiedenis van deze stad aan de Maas. Maar hier blijft het niet bij. Volg je onderstaande routebeschrijving, dan loop je van de hel naar de heiligen.
Op bezoek bij Maastrichter paters en zusters
Ga onder de Helpoort door en ga naar rechts tot aan de volgende grijze poort, de Pater Vincktoren. Deze toren behoort niet tot dezelfde muur als de Helpoort, want ze werd honderd jaar later gebouwd. De toren is een gedeeltelijke reconstructie en kreeg de naam van Pater Vinck, hoewel er geen enkel historisch verband bestaat tussen de toren en de man. Pater Vinck werd in 1638 ter dood veroordeeld omdat hij de Spanjaarden zou geholpen hebben bij de verovering van Maastricht. Zijn klooster was niet ver van de toren gelegen en zijn hoofd werd samen met dat van vier andere terechtgestelden op een staak in de buurt tentoongesteld. Waarschijnlijk kreeg de toren zijn naam bij wijze van eerherstel in een periode van groeiend katholiek zelfbewustzijn.
Volg verder het wandelpad voorbij de toren. Net achter de toren zie je rechts een prachtig gebouw. Dit mooi gerestaureerde gebouw is een overblijfsel van het Faliezusterklooster. Het dateert uit de zeventiende eeuw. Het klooster werd gesticht in de veertiende eeuw en had de Heilige Catharina als patrones. De naam Faliezusters werd afgeleid van de sluier (falie) die ze droegen.

Grachten, wallen en fossielen in Maastricht
Het wandelpad brengt je in de Begijnenstraat. Volg deze rechts mee tot aan het volgende kruispunt. Ga naar rechts en onmiddellijk terug naar links in het Lang Grachtje, een zeer mooi straatje met links de oude stadsomwalling. Bij deze oude omwalling laat men de natuur de vrije loop. Dit geeft vooral in de lente en de zomer een mooi kleurenpalet. Ooit was dit een armenwijk met kleine huisjes in de schaduw van de omwalling. Er zijn er nog een aantal te zien. Achter een poort in de muur ontdek je een heel mooi stadstuintje. Je kunt het niet bezoeken, maar door de spleten in de muur kun je er wel wat van zien.
Lang Grachtje komt uit op een pleintje. Steek de Tafelstraat over, ga rechts van het pleintje (Achter de Molens) en buig dan linksaf. Dit is Klein Grachtje. Je loopt over in de Verwerhoek en steekt de Jeker over. Kun je de waterpoort op de Jeker zien links? Het is een restant van de oude stadsmuur uit de dertiende eeuw.
In de Lenculenstraat ga je naar links tot aan de Ezelmarkt. Daar ga je weer naar links en blijf je de linkerstraat volgen, de Looiersgracht. Je steekt opnieuw de Jeker over, waar je de oude waterpoort kunt zien. Je komt uit op het De Bosquetplein op je rechterkant. Daar vind je het Natuurhistorisch Museum, ondergebracht in een voormalig klooster. De pronkstukken van het museum zijn de fossielen, die opgegraven werden in de nabije mergelgrotten. Het museum gaat voornamelijk over thema’s rond de natuurontwikkeling in het zuiden van Limburg. De fraaie ingang bevindt zich rechts op het plein. Om de wandeling te vervolgen, moet je echter links van het plein aanhouden, zodat je in de Heksenstraat uitkomt.
Rond en op de Jeker
De Heksenstraat gaat over in de Bonnefantenstraat (ruime bocht naar rechts). Blijf deze straat volgen: je komt voorbij het zeventiende-eeuwse Huys op den Jeker. Dit huis is gebouwd in de stijl van de Maaslandse Renaissance met speklagen uit mergelsteen. Het is gebouwd over de rivier, de Jeker, op een tongewelf. Het is altijd een woonhuis geweest en had nooit iets te maken met het water. Men bouwde over de rivier omwille van plaatsgebrek in de stad.

Ga verder. Je komt terug uit op de Ezelmarkt. Het grote gebouw dat je net op je linkerkant voorbij gelopen bent, is het voormalig Bonnefantenklooster en stamt uit de achttiende eeuw. Het was een zaalkerk in classicistische stijl, gebouwd in opdracht van de zusters van het Heilig Graf. Daarna deed het dienst als kazerne en als museum. Nu is het het studentenonthaal van de universiteit.
Steek de Ezelmarkt weer over richting Lenculenstraat. Sla rechtsaf in de Lenculenstraat en direct linksaf in de Bouillonstraat. Ga verder in de Papenstraat en neem daar de eerste links, de Kanunnikencour. Blijf dit kronkelend pad volgen – pas op voor het doodlopend rechterstraatje – tot je op het Henric van Veldekeplein uitkomt. Rechts is het Vrijthof met de twee heiligen, Sint Servaas en Sint Jan.
Landing op het Vrijthof
Het Vrijthof is een prachtig plein met zeer veel restaurantjes en drinkgelegenheden. Het is voor velen de ideale startplaats voor een dagje shoppen. Naast de dominante Sint-Servaasbasiliek en Sint-Janskerk vind je er ook het Museum aan het Vrijthof, ondergebracht in het Spaans Gouvernement. Keizer Karel zou hier nog gelogeerd hebben. Het meubilair in het pand beantwoordt aan de zeventiende- en achttiende-eeuwse normen. Je kunt er ook kunsttentoonstellingen bezoeken.

De Sint-Janskerk werd vernoemd naar Johannes De Doper. Het was aanvankelijk een katholieke kerk, bedoeld als parochiekerk voor het Kapittel van Sint Servaas om de basiliek als bedevaartsplek te ontlasten. De kerk werd echter in 1633 overgenomen door de protestantse gemeenschap. Het interieur is dan ook zeer sober. Een van de interessante bezienswaardigheden binnenin is de doopkapel die dateert uit de veertiende eeuw.
Sint Servaas was de eerste bisschop van Nederland en leefde in de vierde eeuw na Christus. Hij is in Maastricht gestorven en begraven. De huidige Sint-Servaasbasiliek gaat terug tot de elfde eeuw. Wat je niet mag missen is het dertiende-eeuwse bergportaal, de crypte waar Sint Servaas begraven ligt, het pandhof van het klooster en de schatkamer. In de schatkamer kun je onder andere een drinkbeker uit de vierde eeuw bewonderen, het schrijn van Sint Servaas, zijden stoffen uit de zesde eeuw, edelsmeedwerk uit de twaalfde eeuw en nog heel wat meer.
Even uitblazen op het Vrijthof? Geen slecht idee. Ben je weer op adem gekomen en wil je nog meer zien van Maastricht? Lees dan het derde deel van deze stadswandeling.
door An
0 reacties