‘Berlin Alexanderplatz’ was ik aan het lezen, toen ik de eerste maandag van de paasvakantie zat te wachten op de universiteitsassistent, die – zo bleek achteraf – onze afspraak was vergeten. Hij zou mij helpen bij het uitwerken van een passage in mijn eindverhandeling. Hij kwam echter niet opdagen.
Twee uur heb ik daar gezeten. Pré-smartphone-tijdperk, weet je wel. Maar ‘Berlin Alexanderplatz’ had mij opgeslokt en vóór ik het wist, waren we twee uur verder. Twee uur godvergeten en alleen in een verlaten universiteitsgebouw, op een stoel in een witte, TL-verlichte gang met gesloten deuren aan weerszijden en met Alfred Döblin op mijn schoot. Ik was nog nooit in Berlijn geweest.
Als je Berlijn bezoekt, wil je natuurlijk in de eerste plaats de overblijfselen van de beruchte muur zien. Er staat nog ongeveer een kilometer van het bouwwerk overeind, de East Side Gallery, beschilderd door meer dan honderd verschillende kunstenaars. Het parlementsgebouw van Duitsland, met zijn unieke, glazen koepel, wordt allicht de volgende trekpleister van je citytrip. De Brandenburger Tor en Checkpoint Charlie staan eveneens op je must-see-lijstje.
Stilletjes ontwakend uit mijn boek, realiseerde ik mij dat er al sinds mijn aankomst een zacht, sissend geluid te horen was. Het leek vanachter een van de gesloten deuren te komen. De bron was snel gevonden, toen ik de bewuste deur zonder problemen kon openen. Het was de wc. Het kraantje van de wasbak stond te lopen.
Dáárom moest ik hier zijn. Dáárom moest ik hier tevergeefs zitten wachten. Wie zou anders die lopende kraan hebben ontdekt? Als ik ze die maandagmorgen niet had dichtgedraaid, had ze de hele paasvakantie water verspild, want wie zou er in die twee weken nog gepasseerd zijn?
Verontwaardigd keerde ik terug naar huis. Ongelofelijk, zo een verspilling van zo een kostbaar goed! Wie doet dat nu? Wie vergeet nu toch een waterkraan dicht te draaien? Wellicht dezelfde idioot die zijn afspraken vergeet.
door An
0 reacties