Home ~ Jij ~ Er zijn meer teken dan vroeger

Zijn teken gevaarlijk? Brengen ze altijd ernstige ziektes met zich mee? Wat moet je doen, als je door een teek bent gebeten? Hoe kun je tekenbeten voorkomen? En zijn er echt veel meer teken dan vroeger? Biologe Käthe Robert, verbonden aan de universiteit van Antwerpen, doet onderzoek naar teken en heeft een antwoord op al onze heikele tekenvragen.

Teken vallen niet uit bomen of springen niet op

Ze hechten zich aan je vast als je langs hen heen strijkt

Wat is een teek?

Wie er al mee te maken heeft gehad, kent de teek als een klein, zwart bolletje op de huid. Teken zijn geen insecten, maar spinachtigen. Ze hebben het grootste deel van hun leven acht poten zoals een spin. Er bestaan verschillende soorten teken, ook in onze contreien. De soorten onderscheiden zich van elkaar op basis van de plaats waar ze voorkomen en op basis van de dieren die ze kiezen als gastheer om bloed bij te zuigen. Zo heb je bijvoorbeeld de egelteek. Deze soort neemt zijn bloedmaaltijd uitsluitend bij egels. Maar ook de vogelteek bestaat, de boomholteteek en dergelijke meer.

Meer teken sinds de jaren ’70

De meest voorkomende teek bij ons is de schapenteek. Dit is ook de teek die zich vasthecht aan de huid van mensen. Het is een soort die op heel veel plaatsen voorkomt en heel veel soorten dieren gebruikt als gastheer. Als onze huisdieren een tekenbeet hebben, is dat meestal van de schapenteek. Deze teek hecht zich in zijn eerste levensstadium vast aan een muis, een rat of een vogel. Wanneer hij hier een bloedmaaltijd heeft genomen, laat hij los. In het tweede stadium van zijn leven durft hij wel eens een mens als gastheer kiezen. Hij eindigt zijn carrière op een ree, waar hij zich voortplant. Aangezien er sinds de jaren ’70 meer reeën zijn, zijn er dus inderdaad ook meer teken.

Teken verschuilen zich in lang gras

De schapenteek is onze teek

De mens is een toevallige gastheer van de schapenteek. We worden doorgaans gebeten door een teek, die de volwassenheid nog niet bereikt heeft. Het is eerder zelden dat we door een volgroeide teek gebeten worden, omdat deze groter zijn. We merken ze dus sneller op. We voelen iets kriebelen en zijn eerder geneigd om het beest weg te slaan, vooraleer het zich vast kan hechten. Een teek in zijn tweede levensfase is zo klein dat hij nog onopvallend een plekje op je lichaam kan zoeken.

Tekenbeten vermijden

Teken zijn er het ganse jaar door. We hebben er vooral in de zomer last van omwille van twee redenen. Om te beginnen worden ze actiever als het warmer wordt. Daarnaast wordt de wandelende natuurmens ook actiever wanneer het beter weer wordt en lopen we met blote benen door de tuin en in het bos. Teken zitten klaar met hun pootjes in de lucht om zich aan een stukje blote huid vast te klampen. Je kunt dus tekenbeten vermijden door bedekkende kledij te dragen, je broekspijpen in je sokken te stoppen of een insectenwerend middel op de huid aan te brengen.

Teken kunnen zich alleen maar vasthechten, wanneer je langs hen heen strijkt. Ze vallen niet uit bomen of springen niet op. Het helpt dus ook, als je op de wandelpaden blijft en niet door het hoge gras of door de struiken gaat struinen.

Blijf tijdens een natuurwandeling op de paden

Dan maak je minder kans op een tekenbeet

Wat doe je met een tekenbeet?

Teken kunnen ziekmakende bacteriën overbrengen, die bijvoorbeeld de ziekte van Lyme kunnen veroorzaken. Ongeveer twintig procent van de teken is drager van de bacterie die de ziekte van Lyme met zich meebrengt. Van alle tekenbeten leidt ongeveer twee procent tot een besmetting. Ben je gebeten, dan heb je nog twaalf uur, vooraleer je besmet wordt. Check na een activiteit in de tuin of in de natuur je hele lichaam op teken. Vind je een teek, haal dan je tekentang boven. Grijp het kopje zo dicht mogelijk bij je huid vast, zonder het lijf te pletten. Trek dan rustig met één rechte beweging de teek uit je huid. Je hoeft geen draaiende beweging te maken. Blijft er nog een stukje van de teek zitten, bijvoorbeeld de pootjes, dan is dat geen probleem meer. Daarvan krijg je de ziekte niet. Teken zetten de ziekte pas over, wanneer hun spijsvertering op gang komt. En dat is ongeveer twaalf uur nadat ze jou als gastheer hebben gekozen.

Moeten we bang zijn van teken?

Käthe besluit met te zeggen dat we niet bang hoeven te zijn van teken. We moeten ons er wel bewust van zijn. We kunnen voldoende maatregelen nemen om ons te beschermen tegen tekenbeten. En als we dan toch prijs hebben, hebben we voldoende tijd om ons van het probleem te ontdoen. Geniet vooral van je natuurwandeling en van je weelderige tuin!


0 reacties

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *